Een dorre dorstige plek voor
een dorre dorstige stem die
schalt over het water waar
een man schalks tuurt naar
de plek waar donzige eenden nu
verblijven in de luwte van
de invasie van de vlonder met
gezang over het leven hier
en nu reikend tot aan de dood.
De bomen vormen het decor
met groene blaadjes die in koor
bewegen op de maat die hier
gebezigd wordt al uur na uur
door mensen die als mieren hopen
op nog meer van die vrije lopen
langs het water tot aan de tap
genietend teugen van levenssap.
Ze denken aan de mensen en
ze schenken voor de mensen die nu
niet veel sap meer zullen proeven
trachten langs de dood te zoeven
zonder heel veel pijn te voelen
zodat het eindeloze woelen
stopt en zij de rust weer vinden
de klok nog eenmaal op te winden.